Zowel bij apneupatiënten en snurkers ligt het probleem vooral bij de keelspieren en de spieren van de tong die verslapt zijn. Op de afbeelding hiernaast ziet u in in het blauw aangegeven welke spieren er worden getraind.
De verslappingen of vernauwingen kunnen verschillende oorzaken hebben en zullen door specialistisch onderzoek eerst moeten worden vastgesteld.
Wat wij met Apneutherapie ten doel stellen is het versterken van de ademhalingsspieren en de tong. Met didgeridoospelen is bewezen dat met het blazen op het instrument de keel flink open komt te staan. Met de circulaire ademhalingstechniek blijft de keel ook open staan bij de inademing, er moet immers bij de inademing lucht naar buiten worden geperst.
Dit naar buiten persen van de lucht wordt gedaan met de wangspieren die met het oefenen van de circulaire ademhaling een belangrijke bijdrage moeten leveren. Bij het moment van inademen en uitpersen tegelijk duwt de tong lucht mee naar buiten om vervolgens weer naar achteren te gaan voor de volgende inademing. Deze continue afwisseling van uitblazen, inademen – en uitpersen tegelijk heet circulair ademhalen.
Met deze techniek worden de spieren van de keel, tong en wangen enorm getraind. Het is als het ware bodybuilding voor deze spieren. Een kort maar krachtig samentrekken.
Bij dagelijks oefenen zullen de ademhalingsspieren strakker worden, te vergelijken met het trainen van buikspieren. Na een periode van 3 a 4 maanden trainen zal het effect van de circulaire ademhaling merkbaar worden.
Er zijn echter ook gevallen bekend, vooral bij snurkers waarbij, na 3 a 4 weken al minder werd gesnurkt. Didgeridoospelen heeft een rustgevende werking en stimuleert een diepe buikademhaling.